Een dag vol met tempels stond op het programma. Een ware ontdekkingstocht door Bangkok waar het werkelijk barst van die dingen. Hoewel weersvoorspellingen tot nu toe altijd gezegd hebben dat het regent is het een mooie zonnige dag. Gecombineerd met het vochtige weer voelt het alsof je een jasje met zweet aan hebt. Daar komt dan nog bij dat bij de tempels lange broeken en bedekte schouders een must zijn. Na wat kleren gehuurd te hebben gaan we als supertoerist het Grand Palace in. Een complex dat werkelijk stikt van de gebouwtjes waarvan de ene nog meer mozaiekjes heeft dan de ander. Sommige met goud en edelstenen anderen “simpel” met stenen. Erg mooi gedaan.
Een van velen @ Grand Palace
Het is werkelijk ongelofelijk. De WiFi heeft een foto weten te uploaden. Ook ongelofelijk is de Buddha die in Wat Pho (วัดโพธิ์) staat. Of ligt beter gezegd. De liggende Buddha daar is namelijk 46 meter lang en 15 meter hoog. Een enorm beeld binnenin een tempel, volledig gehuld in bladgoud. Deze tempel, aan het water gelegen, heeft aan de overkant van datzelfde water een broertje liggen genaamd Wat Arun. Voor 25 cent sta je via een boot aan de overkant. Jammer genoeg wordt vrijwel de hele tempel opgeknapt en staat de helft in de steigers. Nog eens 25 cent verder en we zijn weer aan de overkant.
We vervolgen onze weg naar het treinstation waar we tickets halen voor de nachttrein naar Chiang Mai later deze trip. We lopen door een autoslopersbuurt waar werkelijk tientallen woonkamers verbouwd zijn tot garages met stapels tandwielen, velgen en uitlaten waar met smeer bedruipte Thai met slijpschijven (zonder beschermingsbril) in de weer zijn. Na het station bereikt te hebben en tickets gescoord te hebben zoeken we een weg terug naar “huis”. Een tuktuk met 5 man lijkt een top plan. Eenmaal een goedlachse chauffeur gevonden vliegen we opgepropt in een opgevoerde kart driewieler door de straten. Tussen bussen en auto’s door manoevrerend knallen we op topsnelheid terug. Blij dat we het overleefd hebben springen we het zwembad in en gaan we een rustig nachtje tegemoet.
Totdat Ben en Luuk besluiten geroosterde insecten toch te willen proberen… Eerst slachten we allemaal een bordje krekels met sojasaus en zout, waarna Ben en Luuk nog een schorpioen delen. Smaakt niet naar kip.